Max Havelaar

Schrijver: Multatuli

Titel: Max Havelaar

Uitgever: L.J. Veen Amsterdam/Antwerpen

Jaar uitgave: 1984

Druk: 17e druk, 1860

Pagina’s: 331

 

Het verhaal start met de wens van Batavus Droogstoppel om een boek te schrijven over koffie, aangezien hij makelaar in koffie is. Hij komt een oude schoolvriend tegen op straat, die hij voor het gemak Sjaalman noemt (hij wil liever geen namen noemen en hij droeg een sjaal) en hij gaf Droogstoppel een pakket met geschriften. Droogstoppel komt erachter dat deze geschriften ook verhalen over koffie bevat en wil dit gebruiken voor zijn boek. Echter ziet hij het somber in, omdat het te veel werk lijkt, maar hij schakelt zijn jongste bediende Stern in om hem te helpen. Het is de bedoeling dat Stern en Droogstoppel afwisselend hoofdstukken schrijven, maar wel allemaal enigszins naar de wens van Droogstoppel, het is uiteindelijk zijn boek.

Stern schrijft over de geschriften van Sjaalman en deze verhalen gaan over een zekere Max Havelaar, die pas benoemd is tot assistent-resident in Lebak, een gebied op Java. Een uitgebreid verhaal volgt over de aankomst van Havelaar op Java.

In het verhaal worden de verhalen van Stern (van Sjaalman, over Max Havelaar) steeds onderbroken door Droogstoppel. Hij onderbreekt met een preek van een dominee of met een betoog over hoe hij zelf nooit een buffel heeft gehad en toch tevreden is: 'Er zyn mensen die altyd klagen'.

Stern vertelt het verhaal van de inwoners van Java en hoe zij worden uitgebuit door de hoge piefen in het gebied. Bijvoorbeeld het verhaal over de buffelroof en Saïdjah en Adinda. De buffel is alles wat zij hebben en moeten leven van de landbouw, maar als hun buffel wordt weggenomen wordt overleven steeds moeilijker. Saïdjah gaat op reis om meer geld te verdienen en zijn eigen buffel te kunnen kopen en te kunnen trouwen met Adinda. Wanneer hij terugkomt in zijn dorp ziet hij dat de hele boel is leeggeroofd en in brand staat. Iedereen is vermoord door de koloniehouders.

Max Havelaar komt al gauw tot conflicten met de inlandse regent, die hij van corruptie en uitbuiting van zijn ondergeschikten beschuldigd. Hij wordt bij gebrek aan bewijs uiteindelijk niet voldoende gesteund door zijn omgeving. Uiteindelijk vraagt Havelaar aan de Gouverneur-Generaal ontslag uit 's lands dienst. Dit verhaal wordt onderbroken door uiteenzettingen over de structuur van het bestuurlijke apparaat in Indië, en over wat er met Havelaar vóór zijn verblijf in Lebak heeft afgespeeld. Droogstoppel doet ondertussen heel erg zijn best om te begrijpen wat dit allemaal met koffie te maken heeft, het hele Havelaar-verhaal. Aan het einde neemt Multatuli het woord over van Stern en Droogstoppel om zich te richten tot de koning. Hij vraagt aandacht aan de koning door het volgende te schrijven:

'Aan u durf ik met vertrouwen vragen of 't uw keizerlijke wil is: Dat Havelaar wordt bespat met de modder van Slijmeringen en Droogstoppels? En dat daarginds uw meer dan dertig miljoen onderdanen worden mishandeld en uitgezogen in uw naam?'

Ruimte:

De eerste verhaallijn over Batavus Droogstoppel speelt zich af in Amsterdam. Dit is geen toeval. Multatuli heeft Amsterdam gekozen omdat deze stad een belangrijk handelscentrum was.

De tweede verhaallijn, het boek van Stern, speelt zich volledig af in Lebak in Nederlands Indië, grotenendeels bij Max Havelaar thuis. Multatuli heeft waarschijnlijk voor Lebak gekozen omdat dit met het oog op de uitbuiting van de Javaanse bevolking het centrum van Nederlands-Indië was. In Lebak zaten namelijk zeer veel hoge bestuursambtenaren.

Multatuli zelf bevindt zich tijdens het schrijven op een zolderkamertje van een Brussels logement om ongestoord zijn verhaal te kunnen schrijven. Het commentaar dat hij levert staat logischer wijs vrij van enige ruimte.

Tijdsverloop:

Het verhaal, verteld door Droogstoppel, speelt zich af in 1860 en is geschreven in de tegenwoordige tijd. Deze verhaallijn is grotendeels in chronologische volgorde verteld maar wordt af en toe onderbroken door een paar flashbacks waarin Droogstoppel gebeurtenissen beschrijft die al eerder hebben plaatsgevonden. Het verhaal over Havelaar speelt in 1856 en is in de verleden tijd geschreven. Ook deze verhaallijn is grotendeels in chronologische volgorden beschreven. Ook hier zijn voorbeelden van flashbacks te vinden.

Thema:

Macht, het gaat vooral over het misbruik van de macht die de regenten in Nederlands-Indië hebben in dat gebied. Ook over de uitbuiting van de heersers en inwoners en hoe Multatuli aanspraak maakt op de macht van de koning om verandering te brengen.

Discriminatie en racisme, het gaat over de uitbuiting van de lokale bevolking in Nederlands-Indië door de Nederlanders.

Motief:

Kolonialisme: het boek is vooral kritiek op de uitbuiting van het volk in Nederlands-Indië ten tijden van de koloniën. Er zijn veel voorbeelden van hoe het er aan toe ging in die streek en periode.

personages

Multatuli

Multatuli is aan het einde even een personage in het boek, maar eigenlijk moeten we hem zien als de schrijver van dit gehele verhaal. Multatuli is latijn voor 'ik heb veel geleden' en is een pseudoniem voor Eduard Douwes Dekker.

Max Havelaar

Max Havelaar is het autobiografische personage van Multatuli. Hij is de held van het verhaal en lijkt alleen goede eigenschappen te bezitten. Daarbij is hij ook nog eens buitengewoon belezen en geleerd. Zijn slechte eigenschappen komen zo naar voren dat hij toch de sympathie van het publiek wint. Tegelijk is hij een vrij slechte ambtenaar: van zijn beloftes komt weinig terecht. Dit personage heeft eigenlijk twee functies: 1) Hij symboliseert de kritiek van de schrijver op de toenmalige gang van zaken in Nederlands-Indië. 2) Hij heeft als functie aan te tonen dat Eduard Douwes Dekker (Multatuli) toentertijd goed gehandeld heeft en het slachtoffer is geworden van onbegrip. Multatuli wilde hiermee zowel zijn sociale als zijn maatschappelijke positie herstellen.

Batavus Droogstoppel

Hij is makelaar in koffie, Lauriersgracht nummer 37 en tevens de antiheld van dit verhaal. Hij is bekrompen, gierig, egoïstisch en maakt zichzelf voortdurend belachelijk bij de lezer. Droogstoppel symboliseert precies de wereld van het egocentrisme en de corruptie die Max Havelaar wil bestrijden. Daarnaast is Droogstoppel ook de verteller van het verhaal en de opdrachtgever van de tweede verteller: Stern.

Stern

Stern is de zoon van een grote industriële zakenman met wie Droogstoppel vrienden moet blijven. Droogstoppel laat Stern uit het pak van Sjaalman het verhaal van Max Havelaar vertellen. Stern is ook een soort held in het verhaal, doordat hij sympathie heeft voor Max Havelaar en aan de lezers laat zien dat deze sympathie logisch zou moeten zijn. Over Stern zelf komen we weinig te weten, behalve de mening van Droogstoppel.

De resident van Bantam, dhr. Slymering

Deze man durft de onrechtvaardigheden in Lebak niet onder ogen te zien, laat staan ze te bestrijden. Dit is allemaal uit angst voor zijn baan, dus zijn eigenbelang. Multatuli probeert anti-sympathie op te wekken voor hem en daarmee het Nederlandse gezag in Indië.

Titelverklaring: 

'Max Havelaar, of De Koffieveilingen der Nederlandse Handelsmaatschappij'

De titel geeft aan dat er eigenlijk twee manieren zijn waarop je het boek kunt lezen. Het gaat om het verhaal van Max Havelaar, gehaald uit de geschriften van Stern, maar ook over koffie, zoals Droogstoppel het bedoeld had.

Structuur & perspectief: 

De structuur is vrij ingewikkeld. Het verhaal begint met Droogstoppel, die een boek wil schrijven. Vervolgens wordt dit opgedeeld in hoofdstukken van Droogstoppel zelf en zijn bediende Stern. Droogstoppel schrijft voornamelijk vanuit zijn eigen perspectief en Stern schrijft over Max Havelaar, een personage afkomstig uit de geschriften van Sjaalman. Sjaalman heeft al eerder een groot pak geschriften bij Droogstoppel afgeleverd en toen hij erachter kwam dat deze ook verhalen over koffie bevatten, wilde hij dit ook in zijn boek verwerken.
Daarnaast neemt aan het einde Multatuli het verhaal over: hij gebruikt zijn stem om zich te richten op de koning. Hij komt als het ware boven het verhaal te staan en wil het verhaal als een soort les gebruiken voor anderen.

Stijl Het is een bijzondere roman, aangezien het uit 1860 komt en een opvallende structuur heeft. Daarnaast zijn er verschillende mensen aan het woord, met elk hun eigen stijl. Droogstoppel is alles aan het betrekken op zijn eigen leven en relativeert de boel, terwijl Stern het verhaal van Sjaalman/Max Havelaar vertelt over de vreselijke gebeurtenissen in de kolonie.

Decor:

Het verhaal speelt zich af rond de tijd dat het is geschreven, dus 1860. Op dat moment dreef Nederland veel handel en bezat Nederland kolonies in Indië, waaronder ook Lebak in Java. Die laatste plek is waar het verhaal zich veelal afspeelt.

Geschiedenis:

Op 19 augustus 1816 werd voor het stadhuis van Batavia het bestuur van "Java en Onderhorigheden" officieel overgedragen aan het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden, waarmee "Nederlands-Indië" was geboren.

Rond 1825 werden er op Java grote opstanden onder leiding van de inheemse nationalistische leider Diponegoro door de Nederlanders bestreden. Na een zware strijd die aan beide kanten veel slachtoffers eiste, werd Diponegoro verslagen. Deze strijd wordt ook wel de Java-oorlog (1825–1830) genoemd. Na deze oorlog kwam Java bijna geheel onder directe Nederlandse heerschappij te staan. Alleen de vorsten van Jogjakarta en Soerakarta bezaten nog enkele Javaanse gebiedsdelen. Op de andere eilanden, waar de opstanden gewoon doorgingen, bezat Nederland wel een aantal gebieden en steden, maar er werd vanaf toen een onthoudingspolitiek gevolgd. Hierbij werd in de buitengewesten geen bestuur gevestigd, maar men beperkte zich tot relaties met de inheemse vorsten. Een andere politiek zou financieel en militair te veel inspanningen vergen.

Het Cultuurstelsel werd tussen 1830 en 1834 ingevoerd onder gouverneur-generaal Johannes van den Bosch en tot circa 1870 aan de inheemse bevolking opgelegd. Voor winstgevende producten bleef het stelsel langer van kracht; voor koffie gold het tot aan het begin van de twintigste eeuw. Bij wijze van pacht moesten de 'inlanders' 20% van hun grond gebruiken voor producten voor de Europese markt, zoals koffie, indigo, thee en suikerriet. Deze producten werden door de Nederlandsche Handel-Maatschappij in Europa verkocht. Het systeem werd veelvuldig misbruikt. Multatuli schreef hierop in 1860 zijn roman Max Havelaar en nog andere werken waarin gewezen werd op de bedenkelijke morele aspecten van dit misbruik. Hoewel hij geen anti-kolonialist was, droeg zijn werk bij tot afschaffen van het stelsel. Vanaf 1848 begonnen meer mensen te pleiten voor de afschaffing. Hiervoor worden twee belangrijke oorzaken genoemd: de inheemse bevolking leed eronder en men wilde Nederlands-Indië openen voor particulier bezit.[4] Het uit het cultuurstelsel resulterende batig slot was van groot belang voor de Nederlandse begroting.