De kleine Rudolf

Titel: De kleine Rudolf

Auteur: Aart van der Leeuw

Druk: 26e druk

Uitgever: Uitgeverij Nijgh & Van Ditmar, 's Gravenhage

Jaar van uitgave: 1982

Aantal pagina’s: 158 pagina's

 

Rudolf, een wees, wordt mede door zijn oom Jacob ertoe gedwongen te stoppen met zijn studie. Om in zijn onderhoud te voorzien, wordt hij boekhouder. Op kantoor is Rudolf het voorwerp van spot, door zijn kleine en mismaakte lichaam. Hierdoor ontwikkelt hij een minderwaardigheidscomplex en wordt hij erg schuw. Rudolf huurt een kamer in het souterrain van een herenhuis, waar een echtpaar woont met twee kinderen, Wouter van zeven en Georgine van vier. Rudolf droomt vaak van een gelukkig gezin. Hij fantaseert dat hij getrouwd is met de moeder van Wouter en Georgine

Rudolf heeft vakantie en vroeger bracht hij deze door bij zijn tante Maarte. Ze klaagde dan altijd over haar ondankbare dochter Martha, die haar ouders heeft verlaten om op het land te gaan werken. Maar nu is tante Maarte gestorven evenals oom Jacob en Rudolf weet niet wat hij moet doen. Dan nodigt Martha hem uit om te komen logeren op haar boerderij. Rudolf koopt nieuwe kleren, neemt de trein, maar vergeet over te stappen en komt een dag te laat aan

Martha voelt zich bezwaard, omdat zij naar haar mening op gestolen goed, wat eigenlijk van Rudolf had moeten zijn. Oom Jacob heeft namelijk Rudolfs erfenis er doorheen gejaagd, waardoor Rudolf niet kon studeren. Martha’s ouders bleken later zoveel geld na te hebben gelaten dat zij dit landgoed kon kopen. Martha stelt voor om te trouwen, maar Rudolf wijst haar af, omdat hij denkt dat ze het doet uit medelijden. Bovendien komt neef Martinus op bezoek, deze is verliefd op Martha. Rudolf kan het niet aanzien en vertrekt. Dan verloven Martha en Martinus zich.

Het herenhuis wordt verkocht en Rudolf moet een andere kamer zoeken. Hij komt terecht bij een hulpbehoevende moeder met een dochter, Jeanne, die net zo misvormd is als Rudolf. Rudolf krijgt medelijden met haar. Hun relatie krijgt een seksuele kant, zij raakt zwanger en ze beginnen te praten over een huwelijk.

Jeanne sterft door de geboorte van hun kind wat ook niet leeft. Acht jaar later zijn Rudolf en Martha getrouwd en hebben twee kinderen; Wouter en Georgine.

 

Tijd

In het boek verloopt er ongeveer tien jaar. Het verhaal verloopt chronologisch met uitzondering van enkele flashbacks. Op het einde is er sprake van een enorme flash forward. Het is dan opeens acht jaar later en Rudolf en Martha hebben twee kinderen.

 

Ruimte

Het verhaal speelt zich vooral af in het souterrain van Rudolf, de boerderij van Martha en de woning van Rudolf en Jeanne. In zijn souterrain en de woning met Jeanne is hij totaal niet gelukkig omdat het sombere ruimtes zijn. In de boerderij van Martha voelt hij zich levend.

 

Vertelinstantie

Het boek is geschreven volgens de ik-vertelwijze, vanuit het standpunt van Rudolf.

Thema 

minderwaardigheidsgevoel

Het thema is de groei van Rudolf vanuit ongeluk naar het grootste geluk; dit is vooral een innerlijke ontwikkeling. Door zijn minderwaardigheidsgevoel kon hij zijn dromen en verlangens te in vervulling laten gaan. Als hij zijn mismaaktheid en de narigheid accepteert, krijgt hij een gevoel van eigenwaarde. Hij droeg altijd een flambard (een
zwarte hoed met een grote slappe rand), waardoor hij nog kleiner leek en door zijn nieuwe hoed, een deukhoed, lijkt hij niet meer zo klein.

 

Motieven

- Dromen en de Leeuwerik

Als Rudolf over zichzelf nadenkt, schiet het beeld van de leeuwerik hem te binnen. De leeuwerik zit gevangen in zijn kooi en ondanks dat hij probeert weg te vliegen lukt dit neit. De vergelijking staat coor het conflict tussen droom en werkelijkheid dat centraal staat in het boek. Rudolf voelt zich verbonden met de hogere dingen van het leven zoals liefde, de waarheid en schoonheid. Hij wilt het liefst vrij zijn in de natuur met zijn eigen fantasie. Hij zit echter 'gevangen' in een routine van geestdodend werk op een kantoor waar de buitenwereld nauwelijks te zien is. Hij ziet  zichzelf als de gevangen leeuwerik. 

-Minderwaardigheidsgevoel 

Rudolf ziet zichzelf vaak als minderwaardig. Dit komt telkens in het boek terug en is een reden voor het gedrag en de gedachtes van Rudolf.

 

 

Personages

Rudolf is de hoofdpersoon in het verhaal en het verhaal wordt vanuit zijn perspectief verteld. Hij fantaseert en droomt veel. Rudolf is abnormaal klein en misvormd. Velen mensen spotten hiermee en daarom heeft Rudolf een verminderd zelfbeeld. Hij wilt niet met Martha trouwen omdat hij denkt dat ze het uit medelijden doet, maar uiteindelijk doet hij hetzelfde bij Jeanne. 

 

Martha is de nicht van Rudolf. Wanneer Rudolf niet met haar wilt trouwen, denkt ze dat hij haar te dom vindt. Hierdoor krijgt Martha ook last van een verminderend zelfbeeld. Martha is een mooie vrouw.

 

Jeanne is de eerste geliefde van Rudolf. Rudolf heeft medelijden met haar, omdat ze ook klein en misvormd is. Uiteindelijk sterft ze en Rudolf heeft het daar erg moeilijk mee. 

 

Koba is de huishoudster van Rudolf toen hij nog in het souterrain woonde. Ze doet bemoederd tegenover hem, wat nog weleens tot ergernis bij Rudolf leidt.


Neef Martinus is Rudolf zijn tegenpool.

Geertrui is de moeder van Jeanne. Ze is hulpbehoevend en ze boezemt Rudolf in eerste instantie ontzag in, maar na zijn innerlijke omslag vindt hij haar maar een oude zeur.


Wouter en Georgine zijn de kinderen van Rudolf en Jeanne, respectievelijk zeven en vier jaar oud. Ze hebben dezelfde naam en leeftijd als de kinderen die in het herenhuis woonden, waar Rudolf eerst woonde. Het was voor Rudolf een droom om kinderen zoals hen te hebben.

 

Titel verklaring
"De kleine Rudolf" kan twee betekenissen hebben. De titel slaat op het feit dat Rudolf klein en misvormd is, maar het kan ook betekenen dat Rudolf een verminderd zelfbeeld heeft. 

 

Keuzeopdracht

brief (ipv email) aan hoofdpersoon)

Beste Rudolf,

Hoe gaat het nu met je? en met Martha? Ik hoop dat jullie gelukkig samen zijn, maar ik weet bijna zeker van wel. Wat jullie hebben samen is ware liefde. Ik hoop dat het met jou wat beter gaat sinds je Martha aan je zijde hebt. Ik zou jullie beiden dolgraag weer willen zien. Met mij gaat het erg goed, ik ben alleen nog steeds op zoek naar de liefde. Zo zie je maar dat de liefde voor velen lastig blijkt te zijn. Ik ontvang graag een brief terug, ik hoop dat we dan vaker contact kunnen houden. Let goed op jezelf en doe de groetjes aan Martha.

Lieve groet, Carlijn 

 

 

 

 

 

 

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb